São Miguel: onze huwelijksreis naar de Azoren

Een terugblik op onze reis naar de Azoren, het lijkt wel een ander leven. Eind augustus 2022, toen kersvers getrouwd en met dochterlief een week of 28 in mijn buik. Hello from the other side dus, het leven waarin ik mezelf voortaan mama mag noemen van een zon van een dochter. Dat we staan te popelen om haar de wereld te laten zien, mag duidelijk zijn. Hoe we dat concreet willen invullen, wordt gauw vervolgd. Maar eerst hebben jullie een verslag van onze huwelijksreis naar de Azoren te goed. De Portugese eilandengroep in de Atlantische oceaan die ook wel eens “het Hawaï van Europa” wordt genoemd. 

Meer had het toen nog lief trouwens niet nodig om vliegtickets te boeken. Hij droomt al jaren van een reis naar Hawaï, maar gezien we een baby en een huwelijk in één jaar probeerden te proppen, pasten de vulkanische eilanden der vulkanische eilanden niet binnen budget. De eveneens vulkanische Azoren bleken absoluut the next best thing. Heel eerlijk: Arnaud en ik raakten niet verder dan São Miguel, het grootste en meest bekende eiland van de groep, maar wat ons betreft, was het pure - voornamelijk groene - magie. De plek wordt niet voor niets “La Ilha Verde” (het groene eiland) genoemd. Voeg daar een onstuimige zee en de occasionele fysieke uitdaging aan toe en ons avonturenhart is weer gevuld.

Sao Miguel

Onze week Azoren werd een week São Miguel want daar valt voldoende te beleven om zeven dagen te vullen. Als tweede stop werd Pico aangeraden maar omdat vulkanen beklimmen en wijn slurpen met een zwangere buik niet aan te raden zijn, hielden wij het deze trip bij São Miguel.

De credits voor ons reisprogramma gaan trouwens hoofdzakelijk naar Charlotte en Yannick van Soms Ook Heimwee. Hun artikels zijn zo uitgebreid en goed - ik vertrouw hun tips intussen blindelings - dat de woorden “zie Soms Ook Heimwee” hier eigenlijk hadden volstaan. Soit, ik babbel te graag, al helemaal als het over reizen gaat. Een andere inspiratiebron voor onze reis naar de Azoren - en reizen tout court - is het Instagram-account van Lize Helsen. Ik interviewde haar ooit over haar favoriete reisherinneringen, maar ook Lize’s Instagram story highlights over de Azoren zijn het kijken waard, voor slimme tips of puur om even ongegeneerd weg te dromen. 

• Zwanger naar de Azoren

  Op het moment van onze trip was ik 28 weken zwanger, het perfecte moment om nog te reizen. De misselijkheid van het eerste trimester was achter de rug, de vermoeidheid van trimester drie nog niet aanwezig en the bump buik zat nog niet in de weg maar was wel leuk voor de foto’s (kijk baby, jij was er ook bij!).

  De hikes waren goed te doen, maar ik had dan ook een heel chille zwangerschap waardoor mijn advies misschien met een korrel zout te nemen is.

  De temperatuur op São Miguel was dan weer heel preggo proof, met een thermometer die doorgaans ergens halverwege de twintig bleef steken. Wordt het toch te warm dan rij je gewoon een stuk verder en kan het zomaar ineens vijf graden koeler zijn.

  Walvissen spotten is met een bolle buik dan weer af te raden. Je kan wel de grote boot op, maar zo’n kleine vinnig exemplaar waarmee je tot vlakbij het beest in kwestie kan, mag je niet op. Uitstekende uitvlucht wel om later nog eens terug te keren.

  Eten op vakantie vond ik wel een dingetje maar met de lijst van onze vroedvrouwen op zak kon het zeker en vermoedelijk ook net iets vlotter dan in landen waar ze het minder strikt nemen met de voedselhygiëne. Alleen de lekkere wijnen moest ik skippen dus namen we een flesje mee om thuis te kraken eens de buik verdwenen was.

  Nog een tip: neem een souvenir mee dat later een plek kan krijgen in de babykamer. Zo kochten wij een keramiek tegeltje met de eerste letter van de naam van dochterlief. Een herinnering voor het leven!

REIZEN

Vliegen deden we met Tui Fly. De luchtvaartmaatschappij reist op maandag rechtstreeks naar Ponta Delgada, de hoofdstad van São Miguel. We huurden op de luchthaven een auto om ons een week lang te verplaatsen. Goedkoop was die niet, met dank aan een beperkt aanbod en torenhoge prijzen in de nasleep van de coronacrisis, maar wat ons betreft wel een must om het eiland ten volle te beleven. 

SLAPEN

Overnachten deden we in Pedras Do Mar Resort & Spa, een hotel in Fenais da Luz, in het noorden van het eiland. Ruim, rustig en een fijne uitvalsbasis om het eiland te verkennen. Al is São Miguel amper 60 kilometer lang en 18 kilometer breed en is niks dus ooit veraf. We dachten onszelf voor onze huwelijksreis te verwennen met een verblijf in een hotel met vijf sterren maar dat bleek niet wat je bij ons of op pakweg Tenerife zou verwachten. Al is dat nog vrij onontgonnen gevoel ook net deel van de charme van het eiland. Ons favoriete onderdeel van het hotel: de ligging aan de rand van de oceaan, ruige rotsen en klotsende golven incluis. Andere verblijfplaatsen die op ons lijstje stonden maar helaas volzet waren tijdens onze reis: het Santa Barbara Eco Beach Resort in Ribeira Grande (meer over het strand van Santa Barbara vind je trouwens verder in dit artikel!) en Sul Villas & Spa in Lagoa. 

ETEN

Ontbijten deden we aan het buffet in het hotel, voor de lunch schoven we een broodje naar binnen aan een adembenemend meer of langs een klaterende waterval en ‘s avonds lieten we ons hoofdzakelijk leiden door de tips van Soms Ook Heimwee. 

De eerste avond werd de toon meteen gezet met een reeks lokale specialiteiten bij Bar Caloura aan het water in het gelijknamige dorpje. Op het menu onder andere “lapas” of “grilled limpets”, een zeevrucht die je enkel op de Azoren kan vinden, het zoete platte bolo lêvedo brood en een stuk ananascake. 

Van dezelfde eigenaars als Bar Caloura maar met de focus op vlees is er A Casa do Abel. Je kiest er een stuk uit de toonbank en vindt het niet veel later op je bord. Onze absolute favoriet!

A. en ik zijn zot van pizza en dus gingen we proeven bij Forneria Sao Dinis in Ponta Delgada. Niet de mooiste plek om te dineren maar de pizza en pasta zijn er dik oké en dus gingen we er de laatste dag, net voor we richting luchthaven trokken nog eens terug. Zegt genoeg, toch? 

Ons pas beklonken huwelijk vieren deden we bij Saca Rolhas Taberna, een restaurant vlakbij Ponta Delgada. Getipt door Soms Ook Heimwee als het walhalla voor vis- en vleesliefhebbers. Voeg daar nog een wel heel uitgebreide collectie wijn aan toe en je begrijpt dat Saca Rolhas Taberna een aanrader is. Iets prijziger dan wat je op de Azoren doorgaans aan een etentje betaalt maar wel de moeite. 

Quinta dos Sabores serveert elke dag een ander menu met groenten uit de eigen tuin. Het restaurant werd ons getipt door een vriendin maar had toen wij er waren helaas geen tafels vrij. Ver genoeg op voorhand reserveren is de boodschap. 

In het centrum van Ponta Delgada moet je bij Rotas da Ilha Verde zijn. Een vegetarisch restaurant dat naast een lekker vegetarisch aanbod en een gezellig interieur ook ontzettend lieve uitbaters heeft. Dikke tip! Wandel na het eten nog even door het centrum van Ponta Delgada by night. 

Doen

Een hele week aan een zwembad liggen? Niet echt ons ding. Al klinkt dat na elf weken met baby en evenveel onderbroken nachten plots wél interessant. Een zittend gat hebben A. en ik doorgaans niet en dan zijn de Azoren ideaal. Bovendien verkiezen we allebei groen boven dor, willen we het allerliefst de zee dichtbij en houden we nogal van afwisseling. Met de IJsland meets Hawaï vibes van de Azoren zit het dan wel snor, al helemaal als je daar nog eens wat Caribische vibes aan toevoegt door de kleurrijke huisjes.

Het weer op de Azoren is ontzettend onvoorspelbaar en tien kilometer rijden kan soms wel vijf graden verschil maken. Het loont dus om flexibel te zijn in je plannen en ‘s ochtends - na het checken van de weerapp - pas te beslissen waar je die dag naartoe trekt.

Lagoa do Fogo

Wij trokken op dag één naar Lagoa do Fogo, het hoogst gelegen kratermeer van Sao Miguel. Je kan er een korte hike doen van een uurtje of de wandeling van ongeveer elf kilometer waar wij voor gingen. Eens je de weg en semi-bewoonde wereld achter je laat, waan je je snel in een jungle-achtig landschap gevuld met varens, palmbomen en co. Tot dit landschap plots overgaat in dennenbossen, gevolgd door een mosachtig landschap dat wij heel erg op IJsland vonden lijken. Na twee uur wandelen aten we onze lunch aan het blauwgroene kratermeer en keerden in een uurtje tijd want bergafwaarts langs dezelfde weg weer terug. Slimme tip die we zelf in de wind sloegen: leg een trui en regenjas in de auto en neem die ook mee tijdens elke wandeling. Want al heb je vooraf de weerapp gecheckt, het weer kan er in een vingerknip veranderen. Ook handig om standaard in de auto te leggen: zwemgerief en een handdoek voor wanneer zich plots een zwemopportuniteit voordoet. Het sneldrogende exemplaar van die ene sportwinkel met blauw-wit logo spot je hier met hopen. 

Ponta Da Ferraria

Die handdoeken kwamen trouwens goed van pas op dag twee waarbij we ons richting Ponta Da Ferraria begaven. In deze baai wordt het water opgewarmd door de vulkanische activiteit onder de bodem, met een lekker warm - denk de coole versie van het golfslagbad in een subtropisch zwemparadijs - badje tot gevolg. 

Sete Cidades

Diezelfde dag begonnen we trouwens met een bezoek aan Sete Cidades, één van de trekpleisters van de Azoren. Start bovenaan de Miradouro da Boca Inferno voor een magnifiek zicht van bovenaf en volg daarna de weg naar beneden voor een lunch aan het water. Of huur een kajak of kano om het meer van nog dichterbij te ontdekken. Het meer bestaat uit twee delen die door een brug worden gescheiden, waarbij de ene kant eerder blauw en de andere meer groen lijkt te zijn. Nog een uniek viewpoint vind je bij de Miradouro da Vista do Rei. Naast een wondermooi uitzicht op Sete Cidades vind je er ook het vroegere Monte Palace Hotel. Het hotel werd gebouwd in 1989, maar door z’n toen te afgelegen locatie en het wisselvallige weer veranderde het al snel in een spookhotel. Langs de achterkant van het domein wandel je naar binnen, de lobby vol graffiti en hotelkamers met bemoste muren in. Vanuit de hotelkamers heb je bovendien ook een prachtig zicht op het kratermeer van Sete Cidades. Google voor of na je bezoek zeker wat verder over de geschiedenis van het Monte Palace hotel, dan krijg je naast het volledige verhaal ook foto’s van hoe het hotel er ooit uitzag. 

WHALE WATCHING

Walvissen spotten, nog zo’n must op de Azoren. De beste kans heb je van april tot het einde van de zomer en Terra Azul is the place to be voor de durvers die met een zodiac boot de golven willen trotseren. Wegens zwangere buik was zo’n kleine boot voor ons geen optie, dus gingen we voor de grotere en stabielere variant. Ook leuk, al was het maar om het eiland even te bewonderen vanaf het water. Walvissen spotten we helaas niet - nóg een reden om terug te gaan - maar we werden wel twee keer op een stevige school dolfijnen getrakteerd. Onderweg naar Ponta Delgada voor de boottocht stopten we trouwens bij Ceramica Vieira. Verwacht geen uitgebreid museum maar een gezellig atelier waar je onder andere kan zien hoe het lokale keramiek gemaakt en geschilderd wordt. 

Hikes

Wie Azoren zegt, zegt wandelen en dus trokken wij eropuit voor twee stevige hikes. De eerste wandeling werd door team Soms Ook Heimwee getipt als mooiste short hike die ze in Europa deden en bracht ons van Rota da Agua naar Janela do Inferno en terug. De hike leidt je eerst over een prachtig weidelandschap richting met gras begroeide tunnels die recht uit The Hobbit lijken te komen en langs bruggen die veel weg hebben van de set van een Indiana Jones film. Kleine sidenote: never go too long without een wegwijzer. Door koppig door te wandelen slaagden wij erin om van een hike van 7,6 kilometer eentje van dik 12 te maken. 

Hike nummer twee bracht ons van het dorpje Faial da Terra tot aan de spectaculaire waterval Salto do Prego en terug. Een hike van een tweetal uur waarbij er wel flink geklommen wordt. Beloon jezelf nadien met een frisse pint (of Cola Zero) in het Cafe Desportiva na Salto do Prego, de Portugese versie van het bij ons alom bekende Café Sport. 

de thermen van Furnas

Van al dat wandelen krijgt een mens al eens stramme kuiten en laat Sao Miguel daar nu eens dé oplossing voor hebben. Her en der verspreid over het eiland vind je immers warmwaterbronnen waarin het heerlijk vertoeven is, met dank aan de vulkanische activiteit. De thermen van Furnas zijn een klassieker, maar om de drukte te vermijden ga je idealiter badderen bij Poça da Dona Beija, opnieuw getipt door Soms Ook Heimwee. Veel rustiger en bovendien een pak moderner dan je van natuurlijke warmwaterbronnen verwacht. Hello spa vibes!

de Miradouro’s 

Rij je van punt A naar punt B dan kom je op São Miguel gegarandeerd een hand (of twee) vol Miradouro’s of uitzichtspunten tegen. De één al iets indrukwekkender dan de ander maar heel vaak dik de moeite waard. Als het aan mij lag waren we voortdurend gestopt, zo fotogeniek is het eiland. Aanraders zijn onder andere de Miradouro do Salto do Cavalo voor een prachtig uitzicht op Furnas en de Miradouro bij Pilar waar we getrakteerd werden op een machtig mooie zonsondergang. 

Surfen op het strand van Santa Barbara

A. en ik zijn absoluut geen geoefende surfers maar waar het kan proberen we een lesje mee te pikken. Zo stonden we al op een plank in onder andere Portugal, Kreta en Sri Lanka. Wegens zwangere buik moest ik passen en de woeste golven staken een stokje voor de surfplannen van Arnaud maar een middag chillen op het strand kan ook al eens deugd doen. Zeker als dat strand voorzien is van een leuke bar. Santa Barbara Surf School is the place to be, zowel voor wie op een plank wilt staan als liever aan de toog gaat hangen. 

Nog vragen over onze trip naar São Miguel? Via Instagram DM beantwoord ik ze met plezier!